Auteur Meerzoo
Latijnse naam: Aix galericulata.
Nederlandse naam: Mandarijn Eend.
Land van herkomst: Oost-Azie.
Grootte: lengte: 41 - 49 cm spanwijdte: 65 - 75 cm.
Gewicht: 0.6-0.5 kg.
Leeftijd: 26 jaar
Ringmaat: 9 mm.
Kleur man: Wit-oranje kop,bruine rug en borst,oranje buik.
Kleur vrouw: bruin-grijs gemarmerd.
Volière: Bij ons zitten ze in een gezamenlijk ruimte met andere eenden van ca 100 m2 zitten met een vijver van 4 x 4 meter.
Kweek: Gebruik een nest kastje met een laddertje. broedtijd: ca. 31 dagen, 10-14 eieren. Nest: In gevangenschap moet het nest van de vogels door de mens worden voorbereid. In een nestkastje voorzien van hooi op 0,5 à 1 meter hoogte, dat voor de eend bereikbaar is via een laddertje (indien geleewiekt), zal het vrouwtje haar eieren leggen.
Eieren: Het leggen van de eieren begint normaal eind maart begin april. Gewoonlijk wordt elke dag een ei gelegd, en dit in totaal tot zelfs 15 stuks (en soms nog meer). Vanaf het 8ste à 9de ei begint de eend de eieren met dons te bedekken. Het dons trekt ze uit haar borst. De eieren zijn wit van kleur.
Broeden: Het broeden duurt ongeveer 30 dagen. De eend verlaat het nest enkel voor wat te eten en te drinken. Ze dekt haar eieren bij het verlaten wel steeds toe met het dons, die overvloedig aanwezig is, om ze warm te houden. Het is aan te raden om na ongeveer 14 dagen broeden de eieren te schouwen. Een ei dat dan nog doorzichtig is, is een slecht ei. Een ei dat donker is met een luchtkamer zichtbaar aan een van de uiteinden is vermoedelijk bevrucht. Indien er veel slechte eieren bijzitten, kun je ze beter wegnemen. De eend zal normalerwijze na een tijdje opnieuw aan een legsel beginnen.
Uitkomen jongen: Als ze uitgekomen zijn, blijven de jongen nog 1 à 2 dagen op het nest. Als de moeder ze roept, komen ze naar buiten. In de natuur nestelen mandarijneenden vaak in een holle boom. Hun nest bevindt zich vaak op een hoogte van 9 meter. De jongen laten zich dan van deze hoogte vallen in het hoge gras. In het begin zal het vrouwtje geen enkele andere eenden in de buurt laten komen. Zelfs het mannetje mag dan niet te dichtbij komen, of hij wordt verjaagd. Toch blijft het mannetje steeds in de buurt. Het vrouwtje zal bij slechte weersomstandigheden de jongen onder haar vleugels nemen. 's Nachts schuilen ze meestal in een niet ingenomen nestholte op de grond.
Behuizing: Vorstvrij nachthok, een grote uitloop en een schone vijver.
Temp/ Luchtvochtigheid: Buiten.
Voeding: Waterplanten, groente, eendenkorrel en granen.